Melkveehouders Bakker-Kraaij over de hoge levensproductie bij afvoer

Het melkveebedrijf van Peter, Joke en Mark Bakker-Kraaij telt 90 melkkoeien, 34 stuks jongvee en 38 hectare land. Liefhebberij, focus op de koeien en werken op gevoel leverde Maatschap Bakker-Kraaij een levensproductie bij afvoer van 70.653 kilo op.

Peter, Joke en Mark Bakker-Kraaij zijn echte koeienliefhebbers en werken veelal op gevoel. Dat bracht hen vorig jaar tot een levensproductie van 70.653 kilo melk bij afvoer. De gemiddelde leeftijd van de 11 afgevoerde koeien was 8.02 jaar. Samen met de redactie van Boerderij zijn we afgereisd naar Laren om kennis te maken met deze ondernemers. 

 

Het melkveebedrijf van Maatschap Bakker-Kraaij telt 90 melkkoeien, 34 stuks jongvee en 38 hectare land. Ze melken gemiddeld 12.295 kilo melk per koe per jaar met 3,99% vet en 3,96% eiwit. Voor de ondernemers is het belangrijk om genoeg tijd te hebben tijdens het dagelijkse werk. Als we meer koeien zouden melken dan hebben we de tijd niet om op onze manier te werken. Uiteindelijk telt het niet hoeveel koeien je in de stal hebt lopen maar hoeveel melk er in de tank zit.

De melkveehouders werken graag met oudere koeien

Joke en Peter verzetten het dagelijkse werk op het bedrijf. Hun zoon Mark werkt vijf dagen in de week buiten de deur en werkt daarnaast zoveel mogelijk mee op het bedrijf. Liefhebberij, focus op de koeien en werken op gevoel leverde Maatschap Bakker-Kraaij een levensproductie bij afvoer van 70.653 kilo op.

Landwerk besteden we uit. Als je op de trekker zit, dan zie je niet wat er in de stal gebeurt. Ik loop vijf keer per dag door de stal om de ligboxen schoon te maken. Tijdens die momenten zie je een tochtige koe en andere belangrijke dingen. Zo houden we de focus op de koeien.
Peter Bakker

De melkveehouders werken graag met oudere koeien, hoewel het managen van jongere koeien gemakkelijker is. Ze streven ernaar de koeien oud te laten worden: “Je moet hier ook wel geluk bij hebben. Een keer pech en het is zo weer anders.” De koeien krijgen veel kansen om drachtig te worden. “We beginnen vaak rond 90 lactatiedagen met insemineren. We kijken niet op een inseminatie meer of minder. Als je een kalf moet opfokken, ben je vaak ook twee jaar verder voordat ze melk gaan geven.

Rantsoenverandering rondom droogstand

Ondanks dat de veehouders de keuzes veelal maken op gevoel, melken zij wel veel liters. De melkproductie verlagen voor het droogzetten gaat geleidelijk. Twee weken voor het droogzetten wordt de krachtvoergift afgebouwd. Als ze tijdens het droogzetten nog meer dan tien kilo melk per dag geven dan gaan ze alvast in de afdeling bij de droge koeien. Hier krijgen ze dan alleen maar gedorst hooi.

De droogstaande koeien krijgen mais, kuil, mengmix en mineralen naar behoefte. Tijdens het melken worden de al droogstaande koeien gevoerd en als de droog te zetten koeien uit de melkstal terugkomen dan is er alleen nog gedorst hooi over. “Zo lukt het meestal om ze binnen een paar dagen onder de tien kilo melk te krijgen.”

Koeien met een verhoogd celgetal worden drooggezet met OrbeSeal en antibiotica. Soms behandelt de veehouder deze koeien in de droogstand met Pharmasin. “Dat doen we als het uier begint op te komen. Hier hebben wij goede ervaringen mee.”

Automatisch voersysteem

De koeien worden gevoerd met een automatisch voersysteem van Pellon. De melkkoeien krijgen vier keer per dag vers voer en de droge koeien twee keer. Het ruwvoer is altijd vers en er is amper restvoer. De ruwvoeders kuilgras, gehakseld stro, mais, mengmix en mineralen staan in de voorraadbunkers. De veehouder vult de bunkers op momenten dat hem uitkomt. Het gedorste hooi zet de veehouder los in de stal, want de droge koeien kunnen hier onbeperkt van vreten. Om bij te sturen in het rantsoen kunnen ze in de krachtvoerbox krachtvoer ophalen.

De droge koeien is de enige groep in de stal die een afwijkend rantsoen krijgt. Ongeveer 10 tot 14 dagen voordat een koe moet afkalven gaat ze in het strohok. Daar gaan de koeien meteen op het melkveerantsoen. “De voerovergang is na het afkalven dan een stuk kleiner.”

Sturen op behandelingen uit het verleden

Voordat een koe afkalft, kijkt Joke naar de voorgeschiedenis van de koe. “Ik houd bij of ze in het verleden een behandeling heeft gehad. Op deze manier kunnen we koeien die gevoelig zijn voor melkziekte een Kexxtone bolus geven. Als het nodig is krijgen ze direct na het afkalven extra calciumpillen en daarna E-pillen. Na het afkalven krijgt elke koe direct koedrank.”