Beheersgrond
Begin jaren ‘90 kreeg opa voor 10 ha gras- en bouwland een lichte beheersovereenkomst. Het doel daarvan was om verdwenen planten en dieren weer terug te krijgen. Tot 15 juli mocht hij hier dan niet bemesten en maaien. Ook mocht hij er geen mais verbouwen. Hiervoor kreeg hij destijds een vergoeding van 1.260 gulden per ha. Voor die tijd was het werken met beheersgrond best wel revolutionair. Voor de familie was het op dat moment de keuze om óf quotum bij te kopen óf hiermee te gaan werken. Omdat de stal al vol zat hebben ze voor beheersgrond gekozen.
Gestopt met melken
In 2004 is afscheid genomen van de koeien omdat opa geen opvolger had. Hij is gestopt met melken en ging verder met de opfok van jongvee voor derden. In 2014 zijn ze gestart met de opfok van jongvee voor zichzelf; hierdoor konden ze het jongvee uiteindelijk verkopen aan wie ze wilden.
Toch wel een opvolger?
En toen kwam ineens Mans in beeld, de kleinzoon van opa. Mans woont samen met zijn ouders op het bedrijf van opa en oma, die de ouders van zijn moeder zijn. Als klein jongetje wilde hij al boer worden en na schooltijd hielp hij dan ook altijd ijverig mee. Opa vond het leuk om al die tijd nog een beetje door te boeren met het jongvee: “Zo blijf je toch een beetje bezig”, aldus opa. Langzaam maar zeker hielp Mans steeds meer mee en begon hij het werk over te nemen van opa.
Het kalf dat nooit meer wegging
Opnieuw gaan melken begin in 2016 bij een (nog ongeboren) kalf waar CRV interesse in had. Maar wat een groot stierkalf had moeten zijn, bleek een klein vaarskalf te zijn dat 14 dagen te vroeg werd geboren. CRV haakte af, maar opa en Mans gaven de hoop nog niet op. Mans: “Het vaarskalf groeide goed, dus we hebben haar aangehouden.” Toen ze wat ouder was zag CRV toch potentie in dit pink. Ze werd gespoeld en er werden 11 embryo’s uitgehaald. Deze zijn ingezet op de beste pinken die ze hadden staan. Op die dag besloot Mans dat dit ooit zo kleine kalfje nooit meer weg zou gaan.
Eén koe is geen koe
Toen de koe tijdens de dracht steeds meer uier ontwikkelde besloot Mans te gaan melken met een minimelker. Hij zat destijds nog op school en werkte daarnaast nog bij wat veehouders in de buurt. Mans: “Eén koe is geen koe, dus kocht ik er op het werk nog een koe bij. Zo breidde de veestapel zich langzaam maar zeker uit. Ons fokdoel was mooie sterke ‘rode’ koeien fokken die weinig problemen geven.” Toen ook de eerste pinken begonnen te kalveren, werd de minimelker te klein en werd er een melkleiding in de stal gemaakt. Zo kon er met ketels tussen de koeien in de stal gemolken worden. Er werd een klein melktankje aangeschaft en deze melk werd aan huis verkocht aan buurtbewoners. Ondertussen is er een boerderijwinkeltje in de schuur bij gemaakt waar ze melk, eieren en zuivel van derden verkopen. Hierbij is alles op bestelling zodat je 0% derf hebt.
FrieslandCampina
Toen er met zes koeien te veel melk geproduceerd werd voor huisverkoop, moest er een drastisch besluit genomen worden: of de koeien eruit of de melk gaan leveren aan een fabriek. Mans trok de stoute schoenen aan en belde FrieslandCampina op. Gelukkig kon hij het lidmaatschap van opa overnemen. Het idee was om het eerste jaar een ton melk te leveren, maar dit werd ruimschoots gered. Zodoende moest er ook een grotere melktank aangeschaft worden.
Van het Songfestival naar de melkput
Ondertussen werd er nog steeds in de stal tussen de koeien gemolken. Op een avond waren ze met de hele familie naar het Songfestival aan het kijken. Maar wat moet je nou als boer op de bank, terwijl je buiten nog genoeg te doen hebt? Mans ging naar buiten en liep de werkplaats in; deze was gemaakt op de plek van de oude melkput. Na een paar rondjes te hebben gelopen, besloot hij de betonnen vloer met een grote hamer te lijf te gaan. Zo werd de eerste hand gelegd aan het openbreken en opnieuw opbouwen van de oude melkput. Opa kwam verbaasd kijken en verklaarde hem voor gek. “Het was me allemaal veel te gek om zomaar ineens weer te gaan melken in de put” vertelt hij. Maar Mans had het in zijn hoofd en dus ging het gebeuren.
Fijne ervaring met AR
Elke keer werd er in gedeeltes jongvee verkocht en met dat geld weer melk en stalinrichting gekocht. Inmiddels staat er een 1x4 visgraat in de melkstal en ook opa helpt zo nu en dan met melken. Op dit moment hebben ze 23 koeien aan de melk en deze worden gevoerd van AR. Er is eigenlijk altijd van AR gevoerd, eerst bij de voorgangers van Agruniek, daarna bij Agruniek en ondertussen bij AR. Mans: “Ik vind AR een organisatie die heel goed bij ons past: coöperatief, scherp geprijsd, goed advies en je hebt alles onder één dak. Zowel voor voeradvies, begeleiding bij de KringloopWijzer als voor teeltadvies kun je bij ze terecht. En dat bevalt tot nu toe altijd super best.”