Het zwaartepunt is vanaf het ontstaan van de wondjes gedurende de bladvalperiode. Met name door het natte najaar en winter in het afgelopen jaar, maar ook door het lang doorgroeien van bomen, kan de kanker zich makkelijker ontwikkelen. Omdat het beeld zich pas later manifesteert, is de aantasting al een feit voordat we het zien. Daarom is het belangrijk om te zorgen dat er preventief en hygiënisch wordt gewerkt. Om het probleem beheersbaar te houden is het belangrijk om goed in kaart te hebben waar de problemen zich kunnen voordoen. Zeker waar op dit moment al is gesnoeid en waar het blad al begint te vallen, zal preventief voor de regen de wondjes moeten worden afgedekt. Om een goed effect te behalen is een hogere dosering van 1,5 kg Captan/ha wenselijk. Daarbij is een uitvloeier, zoals 1 liter Codacide/ha nodig om het middel goed op de wond te verdelen. Wanneer de wonden te groot worden, kan er beter worden gesmeerd met Wondbalsem. Hierin zit wilgenbastextract die ervoor zorgt dat de boom sneller wondweefsel aanmaakt.
Over het algemeen is een richtlijn voor de praktische inzet op 10%, 50% en 90% bladval. Voor gevoelige soorten kan de frequentie iets verhoogd worden tegen een verlaging bij soorten die minder gevoelig zijn. Dit is afhankelijk van de weersomstandigheden in het venster van de bladvalperiode. Bij een toenemend wisselvallig weertype in combinatie met dalende temperaturen neemt het risico op infecties toe. Naarmate de temperatuur daalt wordt het proces van wondheling ook vertraagd.