Veel regen en hoge temperaturen zorgen voor een goede grasgroei en oplopende graskuilvoorraden. Dit is een moment om af te vragen of u meer gras kunt voeren. Hoe kunt u het maximale behalen uit uw grasrantsoen?
Naast dat er veel gras is, is de verteerbaarheid van het gras ook snel. Veel voorjaarskuilen hebben een hoog suikergehalte, een hoge NDF verteerbaarheid en een hoog VEM-gehalte. De trend van meer gras hakselen draagt hieraan bij. Kleinere deeltjes geven namelijk een hoger NDF verteerbaarheid. Deze ‘krachtvoer’-kuilen lijken mooi, maar het is de kunst om ze goed te benutten. Dit begint bij het inkuilen. Zorg dat de kuil goed vast zit en goed is afgedekt. Vooral in de warme zomermaanden zorgt broei voor een groot verlies van voederwaarden. Zorg daarom dat er in de zomer maar één graskuil open ligt. Een hoge NDF verteerbaarheid lijkt goed, maar dit wordt alleen benut in de pens van de koe. Het kort gehakselde gras stroomt juist snel door de pens, al voordat alle beschikbare nutriënten benut zijn. Vul daarom snelle kuilen aan met structuur zodat de pensdoorstroming rustiger verloopt wat de voerbenutting bevordert.
Pensenergie en -eiwit
Gras bevat ook veel onbestendig eiwit. Wanneer dit onvoldoende benut wordt, leidt dit tot een hoog melkureum. Onbestendig eiwit kan goed benut worden door voldoende pensenergie. Bij een laag aandeel snijmais is aanvulling met geplette gerst of sodagrain een goede en goedkope oplossing. De juiste balans tussen penseiwit en energie leidt tot een maximaal microbiële eiwit productie. Dit wordt omgezet naar melkeiwit. Hierdoor kan toevoeging van energie leiden tot een beter eiwitbenutting.
Kortom, voor een goede grasbenutting moet u broei voorkomen, structuur toevoegen en geplette gerst of sodagrain toevoegen voor een goede eiwitenergiebalans.