De grootste kansen in de jongveeopfok liggen veelal bij het beter benutten van de jeugdgroei. Dat die onvoldoende wordt benut komt meestal doordat er wordt beperkt op melkgift en krachtvoer, aldus Dirk Italiaander. Samen met collega Arjan Blom is hij specialist jongveeopfok bij AR. Dirk adviseert snel na de geboorte en drie dagen lang voldoende biest te geven en daarna goede kunstmelk en onbeperkt vers water. “Met voldoende melk- en voeropname heeft een kalf meer weerstand. Een goede weerstand en hard voeren worden beloond met een vroeg dekrijpe pink.” Dirk ziet de kalveren het liefst de eerste drie weken in eenlingboxen maar de meeste bedrijven hebben daar de ruimte niet voor.
Hygiëne
Hygiëne is een belangrijk aandachtspunt. Dat geldt met name voor drinkautomaten. Dirk: “Vooral in dezomer zijn de slangen en de spenen een bron van bacteriegroei. Automatisch spoelen gebeurt vaak met een te lage watertemperatuur waardoor melkresten niet goed worden verwijderd. Bij een milkbar is de hygiëne beter te handhaven, onder andere door handmatig schoon te maken met heet water en een goed reinigingsmiddel om de vetlaag te verwijderen.”
Hoge jeugdgroei
Bij twee keer daags voeren kunnen kalveren in de piek wel zeven tot acht liter melk opnemen. Daarmee is een groei van 1.000 gram per dag goed mogelijk, aldus Dirk. “Een hoge jeugdgroei tot tien weken heeft een belangrijke positieve invloed op de productie als vaars. Dat legt de basis om pinken op 13 maanden te kunnen insemineren.”
Gemakkelijk voeren
Steeds meer melkveehouders gebruiken in de opfok AR Kalver TMR. Het is een compleet voer dat bestaat uit een mengsel van kalverbrok en gehakseld en gehamerd tarwestro. De brok bevat speciaal voor jonge kalveren geschikte grondstoffen. Dirk: “AR Kalver TMR is gemakkelijk te voeren. Je hoeft er alleen voor te zorgen dat de voerbak gevuld blijft. Voor een geleidelijke opname, zonder pieken, mag de bak niet leeg zijn.” Met AR Kalver TMR is er geen concurrentie tussen kalveren, elk kalf neemt voldoende krachtvoer op, aldus Dirk: “Op het laatst eten ze er wel vijf kilo van. En het helpt tegen coccidiose.”