Voor de berekening grondgebondenheid mag in het referentiejaar 2014 vrij gekozen worden tussen BEX of forfaitair 2014. Dit is met name gunstig voor bedrijven die in 2014 BEX hebben toegepast en in dat jaar geen of een beperkt negatief melkveefosfaatoverschot hebben. Voor de staffelberekening mag ook voor het voorgaande jaar vrij worden gekozen. Het meest gunstig is hier altijd de laagste fosfaatproductie. Heeft u melkvee (melkkoeien en/of jongvee) en een veranderende bedrijfssituatie (meer fosfaatproductie of minder fosfaatruimte), dan is het uitvoeren van een berekening voor uw bedrijf erg belangrijk.
Berekening grondgebondenheid
Deze berekening bestaat uit:
- de verwachte fosfaatproductie van melkvee
- de fosfaatruimte op het bedrijf
- het verwachte melkveefosfaatoverschot (MFO)
- maximale omvang van verwerking en benodigde fosfaatruimte (grond).
De berekening kan aanleiding zijn om maatregelen op uw bedrijf te nemen die leiden tot meer fosfaatruimte of minder fosfaatproductie.
- Meer fosfaatruimte. Dit kan bereikt worden door verwerving van meer grond, omzetting van bouwland naar grasland, fosfaattoestand grond opgeven, beheersregime natuurterrein veranderen waardoor de fosfaatgift omhoog kan.
- Minder fosfaatproductie. De fosfaatproductie wordt bepaald door het aantal stuks melkkoeien en jongvee, de fosfaatreductie door BEX en de hoogte van de melkproductie.
Gecombineerde opgave
Met het opstellen van de perceelsregistratie bij de Gecombineerde opgave legt u de fosfaatruimte op uw bedrijf vast. Op dat moment wordt de toegestane fosfaatproductie mede vastgelegd. Het is belangrijk om dit te weten en daarmee gericht te sturen. Naarmate er pas later in het jaar wordt ingegrepen, dan is deze ingreep forser. Berekenen van grondgebondenheid is het belangrijkst bij uitbreiding van de veestapel of inkrimping van het grondareaal.
Staffeling o.b.v. fosfaatsoverschot voorgaand jaar
De mate van grondgebondenheid is afhankelijk van het fosfaatoverschot per hectare in het voorgaande jaar. Hiervoor geldt een staffeling. Boven de 20 kg respectievelijk 50 kg fosfaatoverschot op het bedrijf daalt de maximale verwerkingsplicht van 100% naar 75% respectievelijk 50% en is er extra grond/fosfaatruimte nodig. Dit betekent dat het fosfaatoverschot van 2016 bepalend is voor de verwerkingsplicht/grondgebondenheid in 2017. Het toepassen van BEX kan dan leiden tot een lager fosfaatoverschot zodat er minder grond vereist is.
Mestverwerkingsplicht
Na de berekening van grondgebondenheid kan ook inzicht worden verkregen in het aantal benodigde VVO’s om te voldoen aan de eventuele mestverwerkingsplicht.
Wat betekent dit voor uw bedrijf?
Voor meer informatie kunt u terecht bij het team van AR Bedrijfsontwikkeling, Ko van Schaik, telefoon 06-55851253. U kunt ook een mailtje sturen naar info@ar-bedrijfsontwikkeling.nl, dan nemen wij vrijblijvend contact met u op.